De nadelen van hout stoken
Door het stoken van hout komen schadelijke stoffen vrij, zoals fijnstof, kankerverwekkende koolwaterstoffen (PAK's), benzeen en koolmonoxide. Deze stoffen kunnen op korte of lange termijn leiden tot gezondheidsklachten. Als je gezond bent, merk je hier misschien niet direct iets van. Maar mensen met een luchtwegaandoening, hart- en vaatziekte, ouderen en kinderen kunnen wel klachten direct krijgen door het stoken van hout. Daarnaast kan het stoken van hout voor geuroverlast zorgen.
Kijk voor meer informatie over schadelijke stoffen bij houtrook op www.rivm.nl en op www.longfonds.nl.
Hoe stook ik zo veilig mogelijk?
Door op de juiste manier te stoken, kunt u de overlast voor anderen zoveel mogelijk beperken. Met deze tips stookt u zo veilig mogelijk:
- Kijk naar de grootte van uw kachel en de grootte van de ruimte die u wilt verwarmen
In veel gevallen is een kachel te groot voor de ruimte die hij moet verwarmen. Het wordt dan al snel te warm tijdens het stoken, waardoor u het vuur gaat temperen (smoren). Het hout verbrandt dan niet helemaal, waardoor veel meer schadelijke stoffen vrijkomen. Wilt u weten of uw kachel te groot is? Vraag dan een specialist om naar uw kachel te kijken en u advies te geven. - Laat uw schoorsteen en rookkanaal goed afstemmen op uw haard of kachel
Een schoorsteen moet voldoen aan de eisen in het bouwbesluit. Want met een goed afgestemde en geïsoleerde schoorsteen en rookkanaal worden de rookgassen op de juiste manier afgevoerd. Dit is belangrijk voor uw eigen gezondheid en voor het voorkomen van schoorsteenbranden. Een rookkanaal dat te kort is, of te dicht bij andere panden is geplaatst kan overlast veroorzaken. Ook een regenkap op uw rookkanaal kan ervoor zorgen dat de houtrook zich niet goed kan verspreiden. Laat een installateur bepalen of uw schoorsteen en rookkanaal geschikt zijn. - Laat minstens één keer paar jaar uw schoorsteen vegen door een erkend vakman
Regelmatig uw schoorsteen laten vegen voorkomt problemen. Het verkleint de kans op een schoorsteenbrand, die gevaarlijk is voor uzelf en uw omgeving. - Maak een houtvuur aan met aanmaakblokjes en kleine houtjes
Het vuur aanmaken met brandbare vloeistoffen (bijvoorbeeld spiritus) is niet goed. Een goede methode is om te beginnen met dik hout op de as, daarop losse houtjes en aanmaakblokjes en dit aan te steken. Dit is de zogenaamde Zwitserse methode. Op internet kunt u instructiefilmpjes vinden. Volg ook de vulinstructies van de kachelleverancier of fabrikant. Stapel het hout losjes, zodat de lucht er goed bij kan. - Stook alleen droog, onbehandeld hout
Alleen gekloofd hout, dat minimaal twee jaar buiten onder een afdak te drogen heeft gelegen en niet te dik is (maximaal 7 cm), is geschikt voor uw open haard of houtkachel. U herkent droog hout aan scheuren en loszittende schors. Het vochtpercentage moet kleiner dan 20% zijn. Hiervoor kunt u een speciale meter kopen.
Het stoken van nat hout zorgt ervoor dat het hout niet helemaal verbrandt. Bovendien geeft nat hout veel minder warmte af en leidt het stoken van nat hout eerder tot roetaanslag en schoorsteenbranden.
Stook geen hout dat geverfd, gebeitst of geïmpregneerd is.
Het verbranden van afval is in Nederland wettelijk verboden. Verbrand dus geen materialen zoals sloophout, multiplex en spaanplaat, plastic, papier, karton en textiel. Bij verbranding van dergelijke materialen kunnen (zeer) schadelijke stoffen vrijkomen, zoals chloorverbindingen, PAK’s en zware metalen. - Stook niet bij windstil of mistig weer
Doordat het niet waait of doordat het mistig is blijven rookgassen om het huis hangen. Dit is schadelijk voor uw gezondheid en voor die van uw buren. Een windkracht van minder dan 2 op de schaal van Beaufort wordt beschouwd als windstil weer. - Zorg voor voldoende frisse lucht in de ruimte waar gestookt wordt
Bij het stoken komen schadelijke stoffen vrij. Bovendien verbruikt een open haard veel zuurstof. Een houtkachel verbruikt veel minder zuurstof dan een open haard. Zorg voor voldoende frisse lucht tijdens het stoken door een raam of deur op een kier te zetten. - Zorg voor volledige luchttoevoer
Zet de uitlaatklep naar de schoorsteen volledig open als u begint met stoken. Goede houtkachels hebben ook regelbare kleppen, waarmee de luchttoevoer kan worden geregeld. Zet ook deze kleppen volledig open tijdens het stoken. Als het vuur te heet wordt, voeg dan minder brandstof toe. Verminder dan niet de luchttoevoer. Met een open haard kunt u de luchttoevoer niet regelen. - Controleer regelmatig zelf of u goed stookt
U kunt eenvoudig zelf controleren of u goed stookt. Loop even naar buiten om de kleur van de rook uit uw schoorsteen te controleren. Kleurloze (witte) rook wijst op een goede verbranding. Is de rook gekleurd? Dan verbrandt het hout niet goed genoeg. De vlam in de houtkachel moet heldergeel zijn en niet onrustig flakkeren. Een oranje, onregelmatige vlam geeft aan dat het hout niet helemaal verbrandt. Verbeter bij donkere rook of oranje vlammen de luchttoevoer. - Laat een houtvuur vanzelf uitbranden
Als u een houtvuur tempert door de luchttoevoer te verminderen, komen veel schadelijke stoffen vrij. Laat het vuur daarom vanzelf uitbranden. - Rust de kachel uit met een katalysator of elektrostatisch filter
Een katalysator reduceert de uitstoot van schadelijke stoffen uit houtkachels door naverbranding in de kachel. Door een katalysator worden met name koolwaterstoffen, koolmonoxide en fijne deeltjes, zoals roet en teer, verwijderd. Ook vermindert het gebruik van een katalysator de overlast van geur van hout stoken. De katalysator kan bovendien positief bijdragen aan het rendement van de kachel.
Met een elektrostatisch filter (veelal afgekort als ESP) kunnen vaste deeltjes, dat wil zeggen roet, organisch - en mineraal fijnstof, uit houtrook worden afgescheiden door deze een elektrostatische lading te geven voordat de rook de schoorsteen verlaat.
Wat te doen bij overlast
Heeft u last van rook door het stoken van hout? Ga dan eerst in gesprek met degene die hout stookt. Kijk of u samen afspraken kunt maken om de overlast te verminderen. Bekijk ook eens het stappenplan van Milieu Centraal op www.milieucentraal.nl.
Komt u er na een gesprek toch niet uit met de buren, neemt u dan contact op met de gemeente.
Vragen over regelgeving?
Heeft u na het lezen van de informatie toch nog vragen over de regelgeving? Neem dan contact op met het team Toezicht en Handhaving via telefoonnummer 14 055 of via het online contactformulier.